WAT SCHREVEN WIJ IN 1971

ONDERZOEK: ENQUETE ONDER JONGGEHUWDEN
Het Instituut voor Psychologisch Marktonderzoek te Schiedam heeft in opdracht van het Ministerie van Cultuur een Maatschappelijk Werk in de jaren 1968 en 1969 een onderzoek gehouden onder 150 doorsnee jonge Nederlandse echtparen die 2 maanden tot 5 jaar waren getrouwd, in de leeftijd variërend van 20-35 jaar, ter nadere informatie over de feitelijke situatie van de gezinnen in Nederland. De resultaten van dit onderzoek werden eind 1970 onder de titel 'Problemen onder jonggehuwden' uitgegeven. Hier volgen daaruit een paar cijfers:

• Ongeveer 90% oordeelt het eigen huwelijk als 'geslaagd'; 34% vindt het eerste huwelijksjaar moeilijk.

• Bijna eenderde (30% -dus bijna 1 op de drie) van de jonggehuwde echtparen zegt getrouwd te zijn van de druk (of de kritiek) van het ouderlijk huis. De verkeringstijd werd door 22% van de vrouwen en 17% van de mannen op de een of andere wijze negatief beoordeeld door moeilijkheden met ouders, sleur of te weinig gelegenheid om samen te zijn; vooral bij de vrouwen speelden de moeilijkheden met de ouders een tamelijk grote rol.

• Eenderde van de jonggehuwde vrouwen vereenzaamt in haar huwelijk, omdat ze bijna geen of geen sociale contacten meer heeft buiten het huwelijk.

• De helft van de jonggehuwde vrouwen zegt graag weer buitenshuis te willen werken maar dit niet te kunnen vanwege principiële of praktische bezwaren van de man.

• Als veel voorkomende moeilijkheden in het eerste huwelijksjaar (de eerste huwelijksjaren) noemt: 48% financiële problemen; 26% seksuele moeilijkheden; 20% sleur en verlies aan interesse in elkaar.

• Kanten van het huwelijk waarop men veel mensen slecht voorbereid acht, zijn: voor 48% van de vrouwen en 51% van de mannen de seksuele kant, inclusief geboorteregeling; voor 46% van de vrouwen en 41% van de mannen omgaan met geld; voor 24% van de vrouwen en 26% van de mannen samenzijn, aan elkaar wennen; voor 11% van de vrouwen en 4% van de mannen huishoudelijke problemen; voor 7% van de vrouwen en 8% van de mannen sociale problemen, alleen zijn, verlies van vrienden en kennissen; voor 2% van de vrouwen en 4% van de mannen huisvesting en inwoning.

• Het gebrek aan voorbereiding in de verlovingstijd kan het beste worden verbeterd volgens 27% van de vrouwen en 34% van de mannen door betere voorlichting en opvoeding van de kant van de ouders; volgens 21% van de vrouwen en 25% van de mannen door voorlichtingscursussen van de sociale instanties en hulp van allerlei organisaties.

    HERKENNING

Als men zich hierin herkent en dus vroeger tijden heeft beleefd dan heb je waarschijnlijk ook de eerste jaargangen van Houtvonken gelezen want we hebben het hierover 50 jaar en langer geleden.
- Toen je moeder toen om vijf uur de piepers ging jassen.
- Tante Hannie zwaaide vanaf een zwart/wit TV naar je.
- De bakker kwam nog aan de deur.
- Je kon een liter melk los kopen.
- Bij Jamin kocht je een dubbeldik ijsje voor een duppie.
- Maandag nog de vaste wasdag was.
- Je bleef op voor Cassius Clay.

- En als je weet wie Apollo Henkie was.
- Het salaris nog in een bruin loonzakje werd uitbetaald.
- Als je Ard en Keessie hebt zien schaatsen.
- Je het Vrije Volk, de Waarheid, de Eva of de Katholieke Illustratie hebt gelezen.
- Je op vrijdag in de teil gewassen werd en de laatste er nog vuiler uit kwam.
- Ko van Dijk nog hebt zien spelen.
- En je de grammofoonplaten van de Beatles hebt gekocht.
- En dus ook nog een kostbare platenspeler had.
- Men twee keer per week de zinken vuilnisemmer buiten zette.
- Je nog zondagse kleren hebt gedragen die na de kerk uit moesten.
- Onze ouders een voorraad aardappels voor de winter insloegen.
- Je moeder in het voorjaar alles overhoop haalde voor De Grote Schoonmaak.
- Je, alleen maar in de stad, met een pannetje naar de Chinees ging.
- Je op de mulo of de hbs zat of naar de ambachtsschool ging.
- De oude kleren die werden meegegeven aan de voddenman, die langs kwam.
- De boodschappen opgeschreven werden en je nog op de pof mocht winkelen.
- Je licht op je fiets had.
- Er nog een draaischijf op de telefoon zat en deze van zwart bakeliet was gemaakt.
- En je nog weet wat 'En 10 procent, en betere waar' betekende.
- Jouw kinderen nog katoenen luiers droegen.
- En de was op de bleek werd gelegd.
- Dat je nog op een Kreidler, Zundapp of Puch hebt gereden.

- En ook nog op rolschaatsen met vier wielen hebt gereden.
- De kolenboer eens per jaar eierkolen, cokes of briketten kwam brengen.
- De koperen deurbel en brievenbus nog gepoetst hebt.
- En ook nog een bruine postzegel van 10 cent op je brieven plakte.
- Je geld nog bij de Post, Cheque en Girodienst of Boerenleenbank stond.
- Je nog zakjes chips at waar een blauw zakje met zout was bijgesloten.
- Je de laatste 30 cm van je achterspatbord zelf wit verfde.
- Het voetballen stopte als een politieagent de straat in kwam fietsen.
- Je zilverpapier spaarde voor de missie/zending en de rozenkrans moest bidden.
- Je melk in flessen met zilveren doppen kocht.
- Een boodschappenboekje werd ingevuld dat de kruidenier dan kwam ophalen.
- Je naar schaatsen in het Bisletstadion keek.
- Maar ook Nederland in de finale van het WK voetbal hebt zien spelen.
- 's Avonds bij een glaasje ranja of gazeuse pinda's mocht doppen boven een krant.
- Je Joop Den Uyl nog hebt gekend.
- En moeder oranje kassabonnen van De Gruyter spaarde.
- Je nog zonder gsm de deur uit ging noch daar van gehoord had.
- Een patat zak kon kopen voor een kwartje en de mayonaise 5 cent kostte.
- Op Bazooka kauwgom kauwde en plastic voetballertjes spaarde bij de Coca Cola.
- Je gele puzzelstukjes voor een marineschip uit de fles Lodaline haalde.
- Mens-erger-je-niet of halma aan de huiskamertafel speelde.
- Nederland het Eurovisie Songfestival hebt zien winnen.
- Er in jouw jeugd nog geen disco's waren.
- Je moeder elke vrijdag de stoep schrobde.
- Stappen 's avonds om 8 uur begon en je voor 1 uur 's nachts thuis moest zijn.